De onthaalklassen voor anderstalige nieuwkomers beogen nieuwe inwijkelingen in Antwerpen zo snel mogelijk te integreren in ons maatschappelijk leven. Het onderwijs is wellicht het belangrijkste vertrekpunt van waaruit zij kennis kunnen maken met het leven in België, Vlaanderen en Antwerpen. De eerste betrachting is het aanleren van de Nederlandse taal.
In principe kunnen anderstalige nieuwkomers het schooljaar aanvangen afhankelijk van het moment waarop zijn in Antwerpen toekomen. Zij dienen zich aan bij het Onthaalbureau Inburgering; het registratiebureau in Antwerpen.
Niveaugroepen beogen de leerlingen met ongeveer hetzelfde taalniveau samen te zetten. Tijdens de lesweek krijgen zij ook de basis van de vakken die in de normale lessentabellen van ons onderwijssysteem voorkomen: wiskunde, biologie, aardrijkskunde, geschiedenis en L.O. Binnen deze vakken wordt de Nederlandse instructietaal aangeleerd. Hierdoor geraken de nieuwe leerlingen vertrouwd met de schooltaal die zij nodig hebben om in te stromen in het regulier onderwijssysteem. Bovendien werken de nieuwe leerlingen sterk rond thematische projecten. Hierdoor worden zij vertrouwd gemaakt met aan elkaar verwante begrippen.
In de loop van het schooljaar, op het einde van elk trimester, worden testen afgenomen. Op basis van deze resultaten kunnen de leerlingen overgaan naar een hoger niveau. De leerlingen die ver genoeg gevorderd zijn in de kennis van de Nederlandse taal, mogen na de Paasvakantie een snuffelstage doen in het regulier systeem, dit in een studierichting die hen interesseert en die past bij hun intellectuele vermogens. Hierbij wordt ook rekening gehouden met de vooropleiding in hun thuisland. Op het einde van het schooljaar kunnen zij, die ver genoeg gevorderd zijn, instromen in het normaal onderwijssysteem in een studierichting en school naar keuze.